Auto huren Noord-Ierland

Introductie

Het groene heuvelachtige Noord-Ierland is onderdeel van het Verenigd Koninkrijk. De hoofdstad van het land is Belfast. Hier wonen zo'n 280 duizend mensen. De geschiedenis van Noord-Ierland is turbulent en lijkt haaks te staan op de rust en sereniteit die het landschap uitstraalt.

Liefhebbers van bergen, zee en grasland kunnen uitwaaien in het land van de Keltische mythen. Een dag in de buitenlucht, of in de drukke straten van Belfast en Derry wekt de eetlust die men kan stillen in een van de sfeervolle pubs. De Ierse cultuur is warm en gezellig, terwijl de natuur fris en ruig is; een dynamische afwisseling. Onder het genot van een guinness of een Ierse whiskey dompelen de bezoekers zich onder in het geroezemoes van de Ierse taal, terwijl ze luisteren naar de traditionele volksmuziek in de pub.

Geschiedenis

De geschiedenis van Noord-Ierland als autonome regio binnen het Verenigd Koninkrijk is recent. In 1922 werd het hele eiland onafhankelijk. Noord-Ierland scheidde zich echter af en blijft tot op de dag van vandaag een verdeelde maatschappij.

Van het prehistorische Ierland is weinig bekend. In de ijstijd werd heel het land bedekt onder een dikke laag sneeuw en ijs, waardoor alle sporen van voor die tijd gewist werden.

De eerste bewijzen van menselijk leven in Ierland dateren van rond 8000 voor Christus. Nederzettingen van jagers-verzamelaars zijn gevonden in plaatsen als het graafschap Antrim. De nederzettingen concentreerden zich voornamelijk rond de kust.

Tussen 4500 en 2500 v.Chr. werd het land gecultiveerd. Vee en graan maakten hun entree op het eiland en de populatie mensen groeide aanzienlijk.

De meest opmerkelijke overblijfselen uit deze tijd zijn de megalithische plaatsen voor ceremoniën.

In de zevende eeuw v.Chr. werden de bewoners van het eiland beïnvloed door de Kelten. Zo arriveerden ook de Keltische talen en specifieker het Gaelic, hier.

De oudste geschriften gaan terug tot 431 n.Chr. In 400 n.Chr was Koning Niall 'van de Negen Gijzelaars' de heerser over het gebied voor 27 jaar. Niall en zijn zonen hadden de taak op zich genomen om Ulster (onder andere het huidige Noord-Ierland) te veroveren. Ulster werd onderverdeeld in drie koninkrijken: Ulidia, Airgialla en Ailech. Deze werden geregeerd door de zonen van Niall.

Na de dood van Niall werd zijn zoon Lóegaire mac Néill koning van het grotere rijk Tara. hij introduceerde het christendom. Alle koningen van Ierland,op twee na, stammen af van de legendarische koning Niall van de negen gijzelaars. De dynastie van de Uí Néill loopt zo door vanaf de vijfde eeuw tot aan de elfde eeuw na Christus.

De komst van het christendom had groot effect op de samenleving. In het jaar 432 arriveerde St. Patrick op het eiland en werkte hard in de jaren die erop volgde, om de Ieren te bekeren tot het nieuwe geloof. Zo werd bijvoorbeeld ook Ulster gekerstend.

St. Patrick wordt vooral ook geroemd vanwege zijn werkwijze. Hij liet de sociale aspecten van de samenleving intact en respecteerde de wetten, behalve wanneer deze confliceerden met de christelijke waarden. Daarnaast introducteerde St. Patrick het Romeinse alfabet. Wat er historisch gezien waar is van deze verdiensten, wordt tot op de dag van vandaag betwist. In de eeuwen die volgden verdween de oude religie van de druïden.

Rond dezelfde tijd, in 684 n.Chr. viel de Engelse koning Ecgfrith Ierland binnen. De Engelsen bleven niet lang en zouden pas vijfhonderd jaar later weer terugkeren. In de tussentijd arriveerden de Vikingen op hun rooftochten in Ierland. Ze kregen nooit volledig grip op het eiland en zouden uiteindelijk in de twaalfde eeuw vertrekken, maar lieten wel een bloeiende economie achter in de steden.

In 1167 arriveerde de eerste Normandische ridder in Ierland. Hij kwam om Koning Diarmatt Mac Murchada van Leinster te helpen zijn koninkrijk terug te krijgen. Koning Henry II van Engeland vreesde hierom dat er een Normandische staat zou komen en spoedde zich in 1171 naar Ierland. Hij gaf de Ierse territoria aan zijn zoon. Uiteindelijk werd deze zoon, John, koning van Engeland en daarmee werd Ierland onderdeel van het Engelse koninkrijk. Eeuwenlang woedde de strijd van de Engelsen met de Normandiërs om het gebied.

Toen in 1348 de pest uitbrak, werden zowel de Engelsen als de Normandiërs veel zwaarder getroffen dan de Ieren die meer verspreid en voornamelijk op het platteland woonden. Nadat de ziekte uitgewoed was, kon de Gaelic Ierse taal weer herleven, net als de gewoonten van de native bewoners. In de vijftiende eeuw waren de Engelsen compleet verdwenen.

In 1536 besloot Henry VIII Ierland te heroveren. Het duurde een eeuw voordat de macht van de Engelse koning heel Ierland gold. Ten tijde van Elizabeth en James I was de controle van de Engelsen over Ierland compleet. De overheid werd gecentraliseerd en de inheemse vorsten verloren hun macht. Het katholicisme dat de Engelsen wilden vervangen door het protestantisme, bleek echter hardnekkig.

De zeventiende eeuw werd gekenmerkt door twee burgeroorlogen. De gevolgen waren aanzienlijk. Velen verloren hun leven en de katholieke landeigenaren werden veelal gedwongen hun land af te staan aan de anglicanen of zich te bekeren. Sommigen bleven echter ook onaangetast, zoals de graaf van Antrim. Tot op heden bezitten zijn nazaten het land.

In 1649 herstelde Olivier Cromwell met bruut geweld de macht van Engeland in Ierland. In 1688 viel de protestante Willem van Oranje echter Engeland binnen in naam van zijn vrouw Maria Stuart. Hij vond steun in het toen al protestante Ulster , terwijl de toenmalige koning Jacobus II het Ierse parlement achter zich wist. In 1690 bij de Slag aan de Boyne en in 1691 bij de inname van Limerick versloeg Willem van Oranje het leger van Jacobus II. Ierland kwam volledig onder Engelse heerschappij te staan. Deze oorlog verdeelt het land tot op de dag van vandaag en is nooit volledig afgesloten.

In de negentiende eeuw ontstond er een vraag naar zelfbestuur. Het verzoek ketste echter tweemaal af in het Hogerhuis van Londen. Toen de leider van deze beweging voor autonomie, Charles Stewart Parnell, overleed, verdween het perspectief op een eigen parlement. Als reactie hierop herleefde het nationalisme onder de bevolking. Hiermee kwamen ook radicale stromingen op in de politiek. Zo werd Sinn Féin in deze periode opgericht.

In 1912 krijgt Ierland dan toch nog het recht op zelfbestuur. In de provincie Ulster leidt dit tot groot verzet. Ondertussen breekt echter de Eerste Wereldoorlog uit en zowel het zelfbestuur als de protesten hiertegen worden tijdelijk in de ijskast gezet. Niet iedereen was het hier mee eens en in 1916 op Paasmaandag roepen twee Ierse Partijen de Republiek Ierland uit in Dublin. De opstand mislukt, maar had wel grote gevolgen.

In Ulster versterkte het de weerstand tegen een zelfstandige republiek. Bij de verkiezingen in 1918 krijgt Sinn Féin driekwart van de stemmen en vormen hun eigen parlement in Dublin. Wat volgt is de Ierse Onafhankelijkheidsoorlog, waarbij de Ieren aanslagen plegen op Britse doelen en de Britten vergeldingsacties houden.

In 1920 nam het Britse parlement een wet aan waarbij het zuiden van Ierland een status kreeg vergelijkbaar met die van Canada en Australië, terwijl Noord-Ierland een zelfbestuur kreeg en nauwe banden behield met Londen. Voor beide delen van Ierland was de wet echter niet acceptabel, wat leidde tot een onafhankelijkheidsstrijd.

In 1921 werd het zuiden van Ierland een Vrijstaat. Tegelijkertijd betekende dit dat Noord-Ierland een protestantse staat werd. Van 1921 tot 1971 werd Noord-Ierland geleid door de Ulster Unionisten Partij in Belfast. De katholieke minderheid werd structureel gediscrimineerd vanaf die tijd. De rust keerde dan ook nooit volledig weer in Noord-Ierland.

In 1970 leidden de spanningen tot de gebeurtenissen die de geschiedenis ingingen als Bloody Sunday en Bloody Friday. De vroege jaren 'zeventig staan tegenwoordig bekend als de de 'Troubles'. In 1972 werd het Noord-Ierse parlement afgeschaft. De Troubles laat men ook wel doorlopen tot in 1998, toen het Goede Vrijdag-akkoord werd ondertekend. Dit akkoord geeft zowel de unionisten als de nationalisten macht in Noord-Ierland. Sinds 2002 hebben de beide partijen echter hun vertrouwen opgezegd in elkaar.

De IRA (The Provisional Republican Army) strijdt sinds 1969 voor de beëindiging van de status van Noord-Ierland binnen het Verenigd Koninkrijk. Het uiteindelijke doel van de IRA is om een socialistische Republiek te stichten die de beide delen van het eiland beslaat. In 2005 kondigde de IRA aan dat het slechts nog op politiek vlak zou strijden en de gewapende strijd op zou geven. Daarop trokken de Britse militairen zich terug uit Noord-Ierland.

Samenleving en cultuur

Noord-Ierland heeft ongeveer 1.75 miljoen inwoners. Hiervan woont een derde in de hoofdstad. De meeste Ieren wonen op het platteland. Grote steden in Noord-Ierland zijn, behalve Belfast bijvoorbeeld Londonderry of Derry, Newry en Lisburn.

Het onrustige oorlogsverleden is nog altijd zichtbaar en merkbaar in Noord-Ierland. Desondanks hebben de Ieren de draad weer opgepakt van het leven, iets wat duidelijk te merken is in steden als Belfast en Derry. De hoofdstad is tegenwoordig een levendige stad met vele mogelijkheden voor een bruisend nachtleven.

Wie een bezoek brengt aan Noord-Ierland komt natuurlijk op een gegeven moment terecht in een van de gezellige pubs. De sfeer is er gemoedelijk en de drank lekker. Ook de maaltijden in de pubs zijn doorgaans zeer smakelijk.

De talen die de Ieren spreken zijn het Engels, het 'Ulster Irish' en het Iers-Gaelisch. De laatste taal is van Keltische oorsprong en wordt slechts door een minderheid beheerst.

Druk bezochte bezienswaardigheden in Noord-Ierland zijn de abdijen, oude huizen en de tuinen. Ook de Giant's Causeway is een natuurfenomeen dat veel bezoekers trekt. Aan de noordkust ligt deze Giant's Causeway die bestaat uit geometrisch gevormde basaltblokken. Ten slotte is de natuur in Ierland fenomenaal. Wandelaars kunnen in de natuurparken naar hartenlust de benen strekken.

Politieke situatie

Samen met Engeland, Schotland en Wales, vormt Noord-Ierland het Verenigd Koninkrijk. Het land is geen onafhankelijke staat en speelt geen rol in internationale betrekkingen. Noord-Ierland heeft wel een eigen wetgeving, eigen bankbiljetten en een binnenlandsbestuur. Het staatshoofd is Koningin Elizabeth II. Sinds 2007 is Gordon Brown de minister-president van het Verenigd Koninkrijk en Noord-Ierland.

Het land is onderverdeeld in zes graafschappen. Deze worden counties genoemd. De namen van de graafschappen zijn: Antrim, Armagh, Down, Fermanagh, Londonderry en Tyrone. Ze vervullen tegenwoordig geen rol meer in de bestuurlijke overheid.

Economie

Van oudsher is de Noord-Ierse economie gebaseerd op de industrie. Deze concentreerde zich voornamelijk op de scheepsbouw, textiel en de vervaardiging van touw. De zware industrie is inmiddels vervangen dor de publieke sector. Toerisme speelt vandaag de dag een grote rol in de lokale economie.

In Noord-Ierland betaalt men met de Pound Sterling, beter bekend als de Britse pond.

Geografie en klimaat

Noord-Ierland ligt ten noordoosten van Ierland. Het land is 14.139 vierkante kilometer groot en beslaat daarmee ongeveer een zesde van het totale eiland.

Noord-Ierland ligt grenst aan vier verschillende wateren: de Atlantische Oceaan, de Ierse Zee, de Donegalbaai en het Noordkanaal.

Lough Neagh is het grootste meer van de Britse eilanden en is op dertig kilometer afstand van Belfast gelegen. Lough Neagh is zo'n dertig kilometer lang en vijftien kilometer breed.

Het land is bergachtig en kent verschillende berggebieden. Het hoogste gedeelte van Noord-Ierland is gelegen in de Sperrin heuvels. Ze glooien in het midden van het land en staan bekend als uitzonderlijk mooi. In het oosten van Noord-Ierland, in het graafschap Down, liggen de granieten bergen van Mourne. De hoogste top is 848 meter en draagt de naam Slieve Donard. Naast deze gebergten heeft Noord-Ierland ook nog het Antrim Plateau.

Een van de bezienswaardigheden van Noord-Ierland is de Giant's Causeway. Aan de noordkust liggen perfect gevormde geometrische basaltblokken. Ze zijn ooit ontstaan door een vulkaanuitbarsting en maken nu deel uit van de Werelderfgoedlijst van UNESCO.

De Rivieren Bann, Foyle en Blackwater stromen door het land en maken het bijzonder vruchtbaar. In de zestiende en zeventiende eeuw is veel van het bos gekapt en zijn er uitgestrekte weilanden ontstaan.

Het Noord-Ierse klimaat is het gehele jaar erg onvoorspelbaar. Er heerst een gematigd zeeklimaat. Een warme golfstroom loopt langs de kust, maar de temperaturen zijn nooit bijzonder hoog. Noord-Ierland is vochtig en vaak hangen er wolken boven het land.

Verkeer en infrastructuur

De beste manier om Noord-Ierland te bewonderen is per auto. In Ierland rijdt men, net als in de rest van Groot-Brittannië, aan de linkerkant van de weg. De wegen zijn goed onderhouden en voeren veelal over heuvels en door het platteland.

Rondreizen met het openbaar vervoer is niet eenvoudig in Noord-Ierland. Zowel de bus als de trein laat vaak te wensen over. Zo zitten er aanzienlijke gaten in het spoorwegnetwerk. Het treinverkeer wordt verzorgd door National Irish Rail (NIR).

De enige internationale luchthaven van Noord-Ierland ligt bij Belfast. Daarnaast heeft de hoofdstad nog een City Airport, dat voornamelijk vliegverkeer regelt in Ierland en naar Groot-Brittannië. De andere luchthavens Derry Airport en Londonderry Airport verzorgen geen vliegreizen over de grenzen van het land.

Eten en drinken

Op zich verschilt de Ierse keuken niet zoveel van de Engelse keuken. Toch zijn er wel een aantal gerechten en dranken specifiek Iers.

Zo is het best bekende nationale gerecht de Ulster fry. Het is een typisch ontbijt dat men ook in Engeland tegenkomt. Ulster fry is nogal stevig en heeft bacon, worstjes, gebakken eieren en 'white pudding' (een soort worst) als ingrediënten. Er komt ook nog soda brood bij kijken.

Noord-Ierland maakt niet voor niets deel uit van een eiland. De vis is een aanrader en bruin brood met gerookte zalm is voor de visliefhebber een heerlijke lunch.

Ierse stew is populair onder de bevolking en de toeristen die het land bezoeken. Stoofpotten staan in alle pubs op het menu en garanderen een goed gevulde maag.

De meest bekende alcoholische drank, afkomstig uit Noord-Ierland is de whiskey. De bekendste merken zijn Jameson en Bushmills.

Het bekendste biertje uit Ierland is Guinness. Sinds 1759 wordt het gebrouwen in Dublin en is dus officieel niet afkomstig uit Noord-Ierland.

Tijdzones

De tijd staat in Noord-Ierland genoteerd op GMT/UTC+ 0. In de zomer gaat de klok een uur vooruit, waardoor de tijd GMT/UTC+ 1 wordt.

Accommodatie

Overnachten in hotels, appartementen, Bed&Breakfasts en inns is zowel op het platteland als in de steden goed mogelijk.

In Belfast is een keur aan hostels te vinden. Ook in Londonderry kan de budgetreiziger een slaapplek bemachtigen in een van de jeugdherbergen.

Noord-Ierland is vermaard vanwege de prachtige natuur. Wie midden tussen de groene heuvels wakker wil worden kan terecht op een van de campings. Deze hebben over het algemeen zeer goede voorzieningen en zijn rustig gelegen.

Externe bronnen

Voor meer informatie over Noord-Ierland raden wij u, naast zoeken met Google, de volgende bronnen aan:

• Wikipedia, Noord-Ierland
• Officiële website Noord-Ierse regering (Engels)
• Bureau voor toerisme Noord-Ierland (Engels)