Manchester: startpunt voor fantastische roadtrips

Wat is het eerste dat je te binnen schieten bij de naam ‘Manchester’? OK, als eerste waarschijnlijk de voetbalclub(s), maar daarna? Associeer je Manchester met een grauwe, verlopen stad met oude industriegebouwen en ieder geval niet veel te zien? Als dat je beeld is van Manchester, kon het nog wel eens heel erg meevallen wanneer je de stad bezoekt.

De voormalige dokken zijn omgetoverd tot een levendige buurt met iconische gebouwen als het Lowry Theatre, musea, kunstgaleries en gezellige bars. Ook de Manchester Art Gallery in een mooi neoklassiek gebouw is een bezoek waard, evenals de prachtig gerestaureerde Turkse baden in de Vicoria Baths. In het Science and Industry Museum, gevestigd in een oud fabriekscomplex, zul je je verbazen over de enorme machines die tijdens de industriële revolutie werden gebouwd. Veel voormalige fabrieksgebouwen hebben een metamorfose ondergaan en zijn omgebouwd tot appartementen, restaurants, bars en culturele instellingen.

Manchester is bovendien een prima uitvalsbasis of startplaats voor trips met een huurauto door de fantastisch mooie omgeving. Je bent snel in de twee mooiste natuurgebieden van Engeland: het Lake District en het Peak District. Of je huurt een auto in Manchester om naar Wales te rijden, met zijn vele kastelen, lange zandstranden en de ruige bergen van Snowdonia. Hieronder geven we tips voor de mooiste natuur, leukste stadjes en andere bezienswaardigheden rond Manchester.

Cheshire

Cheshire is een graafschap tussen Manchester en Liverpool en bekend om zijn landelijke dorpen met vakwerkhuizen en de kanalen die een erfenis zijn van de industriële revolutie. Al meteen buiten Manchester kom je door het lieflijke dorpje Lymm dat aan beide oevers van het Bridgewater Canal ligt. Eigenlijk zijn alle dorpen en stadjes in Cheshire een bezoek waard, maar we lichten er enkele uit. Knutsford is een pittoresk marktstadje aan de rand van Tatton Park, een van de mooiste landgoederen van Engeland. Middlewich werd gesticht door de Romeinen, die werden aangetrokken door de grote ondergrondse zoutvoorraden. Het ligt in het hart van Cheshire, omgeven door een prachtig landschap dat wordt doorsneden door waterwegen. De hoofdstad van het graafschap, Chester, was een Romeinse vesting, maar daar is weinig van bewaard gebleven. De stadsmuren en het centrum van de stad dateren uit de middeleeuwen, net als de imposante kathedraal. Je kunt over een deel van de stadsmuren lopen, onder meer bij de Eastgate Clock.

Northwich ligt op de plek waar de rivier de Weaver en het Trent and Mersey Canal samenkomen. Omdat die op verschillende hoogtes liggen is er in de negentiende eeuw een intrigerende lift gebouwd om het hoogteverschil van vijftien meter te overbruggen. De Cheshire Ring bestaat uit verschillende kanalen die oorspronkelijk werden gebruikt om industriële producten te vervoeren. Op de route van ruim honderdvijftig kilometer kom je niet minder dan 92 sluizen tegen en daardoor kost het minstens een week om helemaal rond te varen. Maar je kunt met de klassieke narrowboats natuurlijk ook een deel van het traject afleggen of over andere kanalen varen.

Liverpool

Heel anders dan het landelijke Cheshire is Liverpool, ook zo’n voormalige industriestad die behoorlijk is opgeknapt. Lange tijd werd het stadscentrum verwaarloosd, maar tegenwoordig is een groot deel in behoorlijk goede staat. Het opgeknapte havengebied werd zelfs op de Werelderfgoedlijst gezet. Alleen raakte het die titel weer kwijt door lelijke nieuwbouwprojecten rond de voormalige dokken. Toch zijn delen van de waterkant nog wel leuk om te bezoeken, zoals het Royal Albert Dock, waar oude pakhuizen zijn omgebouwd tot winkels, restaurants en pubs. Je vindt er ook het Merseyside Maritime Museum, dat de hoogte‑ en dieptepunten van de maritieme historie belicht. Zo zie je er historische posters voor bootreizen naar exotische bestemmingen en zijn andere delen gewijd aan de gezonken Titanic en de rol van de havenstad in de slavenhandel.

De neogotische Liverpool Cathedral lijkt oud, maar is pas in 1978 voltooid. Het is de grootste kerk van Groot-Brittannië en heeft een nogal robuust exterieur. De kathedraal is 188 meter lang en als je eenmaal binnen bent valt de enorme omvang nog meer op. Vanaf de stompe klokkentoren heb je op een heldere dag mooi uitzicht over Liverpool en de rivier de Mersey.

En dan natuurlijk de legendarische Cavern Club, waar The Beatles in de vroege jaren zestig hun eerste optredens hadden. Nog steeds is het een geweldige plek om naar live muziek te luisteren, onder het genot van een biertje. Die Beatles kom je op veel plekken in de stad tegen: van het standbeeld van de Fab Four aan de haven tot het Beatles Story museum, het op de Beatles geïnspireerde Hard Days Night Hotel en in de naam van het vliegveld van Liverpool: John Lennon Airport.

Peak District

Het Peak District is een van de mooiste natuurgebieden van Engeland en ligt grofweg tussen Manchester, Sheffield en Stoke-on-Trent. De naam is wat verwarrend, want je vindt er nauwelijks rotspieken, maar wel heuvels die in het noorden (Dark Peak) hoger zijn dan in het zuiden (White Peak). In dat noordelijke deel van het park (dat dus het dichtste bij Manchester ligt) kun je wandelingen maken rond verschillende stuwmeren, zoals de reservoirs van Derwent, Howden en Ladybower. Er zijn ook uitdagender looproutes, zoals de steile Jacob’s Ladder van Edale naar Kinder Scout, het hoogste punt in het Peak District. Je hebt er een fantastisch uitzicht op de omringende heuvels. In het uiterste noorden van het nationale park vind je wel echte pieken, waaronder hele bijzondere rotsformaties langs het Dovestone Reservoir. In het zuidelijke Peak District kun je, net buiten het dorp Wetton, de kalksteengrot Thor’s Cave bezoeken die vanaf het voetpad gemakkelijk te bereiken is.

Je zult geen moeite hebben een parkeerplekje te vinden voor je huurauto, want het nationale park heeft maar liefst 44 parkeerterreinen, waarvan 13 gratis zijn. Er is een handig overzichtskaartje met alle parkings in het Peak District. Voor papieren plattegronden, informatie over de routes in het park of het huren van een fiets, bezoek je een van de twee bezoekerscentra in Castleton of Bakewell. In dat laatste stadje mag je de lokale specialiteit Bakewell Tart niet missen.

York

Als het niet al te druk is op de weg rijd je via Leeds in ongeveer twee uur naar York. Of je neemt de langzamere route naar het oosten, via de heuvels van de schitterende Yorkshire Dales. Dan kun je stoppen in Bolton Abbey om de ruïnes van een enorme kerk te zien uit de twaalfde eeuw aan de oevers van de rivier de Wharfe. Kinderen vinden het leuk om die rivier over te steken via de stepping stones. Of je maakt een wandeling naar een prachtige waterval in de zogeheten Valley of Desolation, wat in tegenstelling tot de naam een mooie, groene vallei is. Voor het parkeren van je huurauto bij The Cavendish Pavillion moet je betalen, maar je kunt de hike naar de waterval ook starten bij Barden Bridge, waar parkeren gratis is.

York is een must-see, maar als we eerlijk zijn kun je dit prachtige historische stadje in de zomermaanden beter mijden, omdat je dan struikelt over de vele toeristen. Het centrum is een compacte en dichte wirwar van straatjes met eeuwenoude gebouwen in een mix van architectonische stijlen. Als je goed zoekt, zie je overblijfselen van de Romeinen. Bijvoorbeeld de restanten van een Romeins badhuis onder een café met de toepasselijke naam Roman Bath Pub.

In het hart van de stad staat de imposante York Minster, een van de grootste gotische kathedralen ter wereld. De kerk heeft prachtig gebrandschilderde ramen en een aantal eigenaardigheden, zoals een gouden draak waarvan de functie onbekend is. Toen de fundering van de kerktoren moest worden hersteld, werden restanten van een Romeins fort gevonden. Die kun je bekijken in het Undercroft Museum. Die toren is tegenwoordig weer veilig en vanaf de top heb je uiteraard een fantastisch uitzicht. De Merchants Hall is een bijzondere vakwerkhal uit de veertiende eeuw. Kooplieden kwamen er samen voor zaken, maar de kelder eronder was bestemd voor armen en zieken. Het oudste deel van York wordt omringd door uitstekend bewaard gebleven middeleeuwse verdedigingsmuren en stadspoorten die ‘bars’ worden genoemd, zoals de Micklegate Bar.

In het York Castle Museum zijn winkelstraatjes nagebouwd zoals die eruitzagen in de Victoriaanse tijd, compleet met winkeliers en voorbijgangers in de kleding van toen. Zoals in veel oude steden, kun je het beste veel rondlopen om de sfeer van de stad te proeven en dat geldt zeker in York. Loop bijvoorbeeld door de smalle historische straatjes die shambles worden genoemd of de nog nauwere snickelways. Sommige van deze steegjes hebben namen die je nieuwsgierig maken naar het verhaal erachter, zoals Mad Alice Lane.

Mother Shipton’s Cave

Reis je met jonge kinderen? Rijd dan met je huurauto naar Mother Shipton’s Cave, ongeveer dertig kilometer ten westen van York bij het plaatsje Knaresborough. Het is de geboorteplaats van een legendarische waarzegster. Volgens de overlevering voorspelde zij het lot van verschillende heersers, evenals de grote brand van Londen in 1666. Tegenwoordig is het een park dat steeds een ander thema heeft, bijvoorbeeld The Wizard of Oz, Alice in Wonderland, Pirates & Mermaids of Halloween. Naast verklede medewerkers staan overal beeltenissen van Mother Shipton en bordjes met uitleg over haar geschiedenis. Bij de Petrifying Well hangen verschillende knuffels die na verloop van tijd in steen veranderen door het hoge mineraalgehalte van het water. Vervolgens kun je een wens doen in de Wishing Well en die wensen komen altijd uit. Tenminste, als je de instructies strikt opvolgt, maar veel mensen lezen die niet…

Het park ligt naast de rivier de Nidd, waar je een bootje kunt huren om onder het hoge spoorviaduct van Knaresborough door te varen.

Lake District

Het Lake District is het grootste nationale park van Engeland en staat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Er zijn zestien grotere meren in dit gebied en talloze tarns (kleine bergmeren) en watervallen, omgeven door lage bergen. De hoogste berg is Scafell Pike, die met 978 meter ook het hoogste punt van Engeland is. De route naar de top is heel populair en het kan er dus erg druk zijn. Je hebt er wel een magnifiek uitzicht op de meren en de omringende, golvende bergen. Er zijn talloze wandel‑ en fietsroutes uitgezet en veel ervan zijn prima geschikt voor kinderen. Kerwick is de uitvalsbasis voor fietstochten door Whinlatter Forest, dat enkele van de langste fietspaden in het Lake District heeft.

Op het grote Windermere, maar ook op de meren Coniston, Derwentwater en Ullswater kun je een georganiseerde boottocht maken of een bootje huren om zelf te varen en daarnaast kun je er paddleboarden, kajakken en kanoën. Dit zijn de drukste meren, waar motorboten mogen varen. Op sommige van de kleinere en rustigere meren zijn die niet toegestaan en die zijn daarom beter geschikt om te zwemmen.

Wist je dat in het Lake District meer te doen is dan bergbeklimmen en watersporten? Zo vind je er steencirkels en andere overblijfselen uit het stenen tijdperk, restanten van Romeinse forten, het kasteel Muncaster uit de dertiende eeuw en statige landhuizen. Ook zijn er enkele historische stadjes die je niet mag missen. Hawkshead is een van de meest traditionele en pittoreske dorpjes van deze streek. De schrijfster van de kinderboekenreeks Peter Rabbit woonde en werkte hier en aan haar is de Beatrix Potter Gallery gewijd. Ambleside ligt prachtig aan het Windermere en is een prima uitvalsbasis om het Lake District te verkennen.

Wales

Manchester ligt op slechts zeventig autokilometers van de dichtstbijzijnde grens met Wales. Neem net voor die grens de afslag naar de A548 en rijd vervolgens richting Flint. Bij dat plaatsje liggen de ruïnes van het gelijknamige kasteel, een historische plek want dit was het eerste kasteel dat de Engelse koning Edward in de dertiende eeuw in Wales bouwde. Er is vaak hevig om gevochten tijdens opstanden van de Welsh tegen de Engelse overheersing. Bij aangenaam weer is dit een perfecte plek voor een picknick met uitzicht op de monding van de rivier de Dee.

Gwrych Castle

Iets beter bewaard gebleven is het immense Gwrych Castle bij het plaatsje Abergele. Dat de ruïne in redelijke staat is, is vooral te danken aan een twaalfjarige jongen die zich het verval van het kasteel aantrok en in 1997 de stichting Friends of Gwrych oprichtte. Hij schreef ook een boek over de geschiedenis van het kasteel en slaagde erin geld te krijgen voor de renovatie. Het kasteelcomplex lijkt veel ouder dan het is, het grootste deel werd gebouwd in de negentiende eeuw. Het was nooit een verdedigingsfort en toch heeft het complex maar liefst achttien torens.

Conwy

Verder naar het westen kom je voorbij de badplaatsen Llanddulas en Colwyn Bay. Die laatste heeft een lang zandstrand. Even verderop langs de kust ligt het vestingstadje Conwy. Het wordt helemaal omgeven door een stadsmuur uit de dertiende eeuw. Als je het stadje binnenrijdt over de gelijknamige rivier heb je mooi zicht op het middeleeuwse kasteel. Heel bijzonder is de hangbrug die er in de negentiende eeuw mee werd verbonden.

Na de brug zijn er duidelijke borden naar betaalde parkeerplaatsen om je gehuurde auto te stallen. Conwy is een klein, maar heel sfeervol stadje. Aan de kade staat The Smallest House in Great Britain: 1 meter en 80 centimeter breed en iets meer dan 3 meter hoog. Het deurtje in dit felrood geverfde vissershuisje is heel laag en toch was de laatste man die er woonde maar liefst 1 meter 90 lang!

Anglesey

Voor de noordwestkust van Wales ligt het eiland Anglesey, al heb je nauwelijks door dat het een eiland is, want het is door twee bruggen met het vasteland verbonden. Kies voor de Menai Bridge, een prachtige oude hangbrug die in 1851 werd gebouwd.

Isle of Anglesey Coastal Path

Het eiland Anglesey heeft een dramatische kustlijn en een prachtig landschap. Het eiland is omringd door het Coastal Path, een ruim tweehonderd kilometer lang wandelpad vlak langs de kust van Anglesey. Bijna die hele kuststreek heeft het label Area of Outstanding Natural Beauty. Het pad loopt door een afwisselend landschap van duinen, kustheide, gouden stranden, groene weides, kwelders, getijdengebieden en ruige kliffen en inhammen. Natuurlijk hoef je niet dit hele pad te lopen. Op diverse plekken kun je je huurauto parkeren om een deel van de route af te leggen.

South Stack

South Stack ligt ten westen van Anglesey en is een apart eilandje, al merk je ook hier nauwelijks dat je naar een eiland rijdt. De grote trekpleister is de vuurtoren op een nog kleiner rotsachtig eilandje vlak voor de kust. De trappen ernaartoe zijn vrij steil en kaartjes kun je kopen bij het bezoekerscentrum waar je langs rijdt op weg naar de vuurtoren. Bij slecht weer is het niet mogelijk het lichtbaken te bezoeken.

In dat bezoekerscentrum kun je meer informatie krijgen over een ander mooi uitkijkpunt: Ellin’s Tower. Daar heb je een goede kans om papegaaiduikers, alken, zeekoeten, noordse stormvogels en slechtvalken te zien. Tegenover het bezoekerscentrum zie je overblijfselen van prehistorische, ronde hutten. Er is niet veel van over, maar door de uitleg en tekeningen op de borden kun je je toch een voorstelling maken van een dorpje in de IJzertijd.

Snowdonia

Als je terugrijdt naar het vasteland van Wales, zie je in de verte bergen liggen. Dat is het noordelijke deel van Snowdonia, dat bestaat uit negen bergketens, meer dan honderd meren en talloze rivieren en beekjes, waarvan het water soms van dramatische hoogtes naar beneden valt. Het wordt doorsneden door geweldige wegen, waar het heerlijk rijden is met je gehuurde auto. Je moet alleen oppassen dat je achter het stuur niet te veel wordt afgeleid door de prachtige omgeving. Als je met zijn tweeën reist, is het een goed idee om een auto te huren met een extra bestuurder. Zo kun je het rijden afwisselen en allebei volop genieten van het landschap.

Het voert te ver om alles te beschrijven wat je in dit fantastisch mooie gebied kunt ondernemen. Kijk op de website van Eryri National Park (zoals Snowdonia officieel heet) om de mooiste routes, activiteiten en uitzichtpunten te vinden. Die website heeft een handige, interactieve overzichtskaart waarop je onder meer de parkeerterreinen vindt waar je je gehuurde auto kunt stallen. Hieronder beschrijven we enkele hoogtepunten van de bezienswaardigheden in Snowdonia.

Mooie autoroutes in Snowdonia

De naam van het gebied is afgeleid van de hoogste berg Snowdon (1085m). Je kunt met je huurauto tot vrij dicht onder de top komen. Rijd over de betoverende A4086 langs ruige rotswanden en de meren Llyn Padarn en Llyn Peris naar de Pen-y-Pass. Daar is ruime parkeergelegenheid en ook het startpunt van verschillende wandelpaden naar de bergtop.

Een andere mooie autoroute is van Bethesda naar het meer Ogwen. Je rijdt dan door Nant Ffrancon, een prachtige vallei tussen twee bergketens. Bij dat meer zijn verschillende parkeerterreinen, want hier is het startpunt voor wandeltochten naar het kleinere meer Idwal en enkele stroomversnellingen onderweg.

Llechwedd Slate Caverns

Ooit leverde Snowdonia enorme hoeveelheden leisteen. Die industrie heeft ‘wonden’ geslagen in het landschap, maar je kunt ook afdalen naar de niet meer in gebruik zijnde leisteengrotten. In de Llechwedd Slate Caverns bij het plaatsje Blaenau Ffestiniog duik je met een steil kabelbaantje diep onder de grond. Vervolgens loop je door de tunnels en kamers van de mijn en krijg je uitleg over het delven van leisteen. Maar dat is niet alles, want er is een heus attractiepark van gemaakt. Kinderen vinden het heel spannend om op een reusachtige ondergrondse trampoline te springen. Er is zelfs een minigolfbaan onder de grond. En wat dacht je van tokkelbanen hoog boven de mijn!

Als je een auto hebt gehuurd zijn de leisteengrotten van Llechwedd gemakkelijk bereikbaar, want de toegang ligt vlak langs de hoofdweg A470, net ten noorden van Blaenau.

Beddgelert

Bij veel huizen in Wales is leisteen een belangrijk bouwmateriaal. Dat zie je goed in Beddgelert, even ten westen van Blaenau, een van de meest pittoreske dorpjes van Wales. Het wordt omgeven door uitgestrekte bossen en Beddgelert is dan ook een perfect startpunt voor wandelingen door de overweldigende natuur. Bijvoorbeeld naar de smalle rivierkloof Aberglaslyn Pass of naar de heuvel Dinas Emrys, waar nog steeds een rode draak zou wonen. Dat is niet de enige legende die de ronde doet, want het dorp is genoemd naar het graf van een trouwe hond met de naam Gelert. Vraag de plaatselijke bevolking naar het verhaal of lees het bij ‘Gelert’s Graf’, dat overigens niet authentiek is, maar werd bedacht door een plaatselijke hotelbaas om het toerisme aan te moedigen.

Wegen in Snowdonia

Met uitzondering van enkele hoofdroutes zijn veel wegen in Snowdonia enkelbaans, maar over het algemeen goed geasfalteerd. Op regelmatige afstand zijn er passeerplekken. Er zijn ook niet geasfalteerde wegen – eigenlijk meer paden – die je uitsluitend kunt berijden met een 4×4. Hoewel een rit door Snowdonia een onvergetelijke ervaring is, kan het tijdens de zomermaanden en in weekends vrij druk zijn op populaire routes. Ook lopen er wel eens schapen of herten op de weg. Wees daarop voorbereid en rijd dus niet te hard.

Schiereiland Llŷn

Llŷn is een taps toelopend schiereiland dat vanaf het noordelijke deel van Snowdonia in de Ierse Zee uitsteekt. Het landschap van glooiende, groene heuvels is minder ruig dan dat van Snowdonia, maar aan de kust vind je spectaculaire kliffen, afgewisseld door mooie zandbaaien. Het grootste strand is Porth Neigwl aan de zuidkust. Kleinere stranden zijn die bij Porth Oer, ten noorden van Aberdaron, en het nog intiemere Porth Ysgo, waar een watervalletje op het strand drupt (maar die kan behoorlijk imponerend zijn na zware regenval). Net ten oosten van dat laatste strandje heb je een mooi uitzichtpunt over de kust, Mynydd Penarfynedd.

Het hart van het schiereiland is weer een Area of Outstanding Natural Beauty. Om die schoonheid te ervaren wandel je het smalle pad naar de top van de heuvel Carn Fadryn. Je hebt er een geweldig uitzicht op de kust en in westelijke richting op de bergen van Snowdonia.

Llangollen / Horseshoe Pass

Het historische stadje Llangollen ligt prachtig aan de rivier de Dee. Deze rivier is uitermate geschikt voor wildwaterraften bij de pittoreske Horseshoe Falls, net ten westen van de stad. Voor wie het kalmer aan wil doen, kun je op een rustiger deel van de rivier kano’s of kajaks huren.

Weer zin in een prachtige route door de bergen? Rijd dan vanaf Llangollen via de A542 naar het noorden. Je komt dan over de Horseshoe Pass die niet eens zo hoog is (417m), maar prachtige uitzichten biedt over de vallei en de bergen van de Clwydian Range. Bij het mooiste uitkijkpunt is er een mogelijkheid je huurauto te parkeren en even verderop kun je een pitstop maken bij het Ponderosa Café. Op mooie dagen zul je op deze route veel fietsers en motorrijders tegenkomen.

Pontcysyllte Aquaduct

Op de terugweg naar Manchester kom je net voor de stad Wrexham langs het bijzondere Pontcysyllte Aquaduct van meer dan tweehonderd jaar oud. Het is het langste aquaduct in Groot-Brittannië en het hoogste kanaalaquaduct ter wereld. Er loopt een jaagpad langs, want het kanaal was destijds bedoeld voor trekschuiten. Tegenwoordig kun je er met een narrowboat overheen varen! Die vertrekken aan de zuidkant vanuit het plaatsje Froncysyllte, aan de noordkant vanuit Trevor. Dat vroegere jaagpad is nu een voetpad, dus je kunt na een boottochtje gemakkelijk langs het hooggelegen kanaal teruglopen.

Waarom een auto huren in Manchester

We hopen dat we je ervan overtuigd hebben dat Manchester in een omgeving ligt die erom vraagt ontdekt te worden: ontelbare oude stadjes en dorpen, de typisch Engelse heuvelachtige countryside, meren, bergen en de ruigheid van Wales. In Manchester zelf heb je geen auto nodig, maar als je wilt genieten van de natuurlijke schoonheid eromheen is een huurauto onontbeerlijk.